Provinciebestuur scherpt focus op kerntaken aan en zet ook volgend jaar in op efficiëntie en duurzaamheid
In december staan traditiegetrouw de budgetbesprekingen voor het volgende jaar op de agenda van de provincieraad. Voor 2024 is duurzaamheid de rode draad. Het provinciebestuur scherpt de focus op haar kerntaken verder aan en blijft een gezond financieel beleid voeren. Er komen zo middelen vrij om te investeren in een duurzame toekomst voor de inwoners, de ondernemers, de lokale besturen en de landbouwers in de provincie.
Focus op kerntaken: overname Suske en Wiske Museum en docAtlas
De interne staatshervorming werd ook in 2023 door het provinciebestuur verdergezet. Jeugd en cultuur zijn geen kerntaken meer van de provincie. Daarom zocht de provincie voor het Suske en Wiske museum en docAtlas naar een duurzame oplossing.
Met succes: Het Suske en Wiske Museum zet vanaf 2025 zijn activiteiten verder onder de vleugels van Robotland. Recent werd aangekondigd dat vanaf 2024 de Thomas More-hogeschool de collectie en dienstverlening van docAtlas, het leer- en kenniscentrum voor taal, welzijn en burgerschap, overneemt. In 2024 worden deze overnames op een duurzame wijze afgerond.
Investeren in groen en landbouw
De focus op de kerntaken maakt middelen vrij. Die investeert de provincie in projecten om de toekomst voor haar inwoners en ondernemers te vrijwaren. Met een ambitieus bosplan plant de provincie 60 ha of bijna 100 voetbalvelden nieuw bos aan in 2024. Met het project Groene oases worden de speelplaatsen en leerplekken van bijna 200 scholen vergroend. Zo leren ook de volgende generaties hoe belangrijk natuur, biodiversiteit en klimaat zijn.
Daarnaast geeft de provincie de beek- en riviervalleien hun natuurlijke stroomgebied terug. Zo kunnen die veel meer water bergen wanneer het overvloedig regent en tegelijk als buffer dienen tijdens droge periodes. En de provinciale proefbedrijven onderzoeken hoe pluimveebedrijven het kuiswater in de stallen kunnen filteren en opnieuw gebruiken.
Investeren in duurzaam onderwijs
Het provinciaal onderwijs heeft altijd al ingezet op moderne, duurzame schoolgebouwen. Om de snel evoluerende technologieën in de bedrijfswereld te volgen, blijft het cruciaal om te investeren, ook in didactisch materiaal. In 2024 opent de provincie een gloednieuw schoolgebouw in PTS Mechelen en eentje op PITO Stabroek. Op campus PIVA worden zes keukens vernieuwd en krijgen de opleidingen van CVO Vitant een nieuwe stek.
Samen met enkele bedrijven uit de zorg en de bouw ontwerpt de provincie hybride leeromgevingen voor studenten. Ze krijgen les in de zorgcentra en bedrijven zelf en zetten er de theorie onmiddellijk om in de praktijk. Zo zijn ze beter voorbereid op hun stage en het echte werk. Dat verhoogt hun kansen om een diploma te halen aanzienlijk.
Investeren in fietsostrades
De fietsbarometer klokte in 2022 af op meer dan 20 miljoen getelde fietsers in Antwerpen. De provincie wil fietsen blijven stimuleren en investeert verder in de fietsostrades. De jongste telg, de F105 van Herentals naar Balen, opende in september 2023. En op de F12 werkte de provincie het ontbrekende stuk af tussen de Noorderlaan en het centrum van Ekeren. Dit is een zeer belangrijke schakel om het woon-werkverkeer van en naar de Antwerpse Haven te verduurzamen.
Investeren in duurzame recreatie en toerisme
De provincie investeert niet alleen met de fietsostrades in duurzame mobiliteit en de gezondheid van haar inwoners. De bewegwijzerde wandelroutes worden aangevuld met virtuele wandelknooppunten om online wandelingen uit te stippelen. Daarmee bouwt de provincie aan een hoogwaardig wandelnetwerk voor heel de provincie Antwerpen. Vandaag telt het virtuele netwerk 150 km in de Zuidrand en 355 km rond de stad Antwerpen. In 2024 op het programma: het nieuwe virtuele netwerk in Mechelen en Geel.
In 2024 bouwt de provincie op meer dan dertig locaties in de vallei van de Kleine Nete plekken om te picknicken, rust te vinden en de rivier te ontdekken. Met deze ‘Kleine Netemomentjes’ realiseert de provincie het ‘toeristisch onthaalplan’ waarmee ze het toerisme in de Vallei van de Kleine Nete een duw in de rug geeft.