Jolien Konings van Regionaal Landschap de Voorkempen zoomt in op de rekening van één fictieve school en alle factoren die de facturen beïnvloeden.

Je kan best veel doen met een subsidie voor een Middelgrote Oase. Anders dan wat je verwacht, is de ontharding de grootste uitgave. Maar liefst 40% tot 80% van de totale som! Daarboven komen er soms onverwachte kosten. Met deze voorbeeldberekening krijg je een idee van een gemiddeld kostenplaatje.

Fictieve basisschool

We nemen een fictieve school als voorbeeld: “Basisschool Heester”. Ze krijgt € 15.000 subsidie voor een Middelgrote Groene Oase (MGO). In deze berekening tellen we overal de btw al bij, die bedraagt voor speelplaatsvernieuwing 6%.

Een klein beetje groen is er wel al: een zandbak en enkele plantenbakken prijken reeds op de speelplaats.

Stap 1: de cofinanciering

Basisschool Heester krijgt € 15.000 subsidie, dat wordt 70% van het totale project. Dan kost het totaal zo’n € 21.430. De school zorgt dus zelf nog voor minimaal 30% cofinanciering, oftewel € 6.430 .

Er werd een quiz georganiseerd door het oudercomité. Die bracht € 3.500 op.

Gemeente Groengem sponsort de overige € 2.930 en maakt manuren vrij van de technische dienst voor de aanplanting van de grootste bomen.

Jolien licht toe:

We raden sterk aan om de aanplanting zoveel mogelijk met de leerlingen te doen. Die betrokkenheid zorgt ervoor dat ze veel beter voor de speelplaats blijven zorgen én is een leerrijke ervaring voor de kinderen.

Op Heester wordt er een groene week georganiseerd tijdens het plantseizoen. De leerlingen, het schoolteam en ouders steken samen de handen uit de mouwen.

Stap 2: het bufferbudget

Uiteraard komen er soms onverwachte kosten op het pad van basisschool Heester.

Bij elk project reken je best 10 % buffer in.
 

Onze fictieve basisschool Heester kan dus € 19.287 besteden aan haar Middelgrote Groene Oase. Jolien gaat aan de slag met de wensen van basisschool Heester. Ze tekent een mooi plan uit. Nu kan het écht beginnen … Spannend!

Stap 3: een teststuk uitbreken

Om te weten te komen wat er onder de huidige tegels ligt, wordt één dal uitgebroken. Onze basisschool heeft geluk: onder de klinkers bevindt zich enkel los zand.

Onze basisschool pakt het slim aan: er wordt een heuse wedstrijd tegelwippen georganiseerd voor de leerlingen. Op één dag wippen ze wel 150 m² van de speelplaats.

Het weekend nadien steken ook enkele ouders en leerkrachten een handje toe. Zij wippen nog eens 150 m² uit de grond.

De ouders halen ook enkele bestaande speeltoestellen van hun huidige plaats. Sommigen gaan naar het containerpark, anderen worden later weer teruggeplaatst.

In ons voorbeeld zit er gewoon zand onder de tegels. Af en toe botst een school toch op een verrassing. Een betonlaag onder de tegels kan een flinke impact hebben op het budget. Wil je bij de heraanleg toch nog halfverharding bijleggen? Dan kan dat bijvoorbeeld niet met het Groene Oase-budget. Die kosten draag je als school volledig zelf. De coördinatie ervan kan je wel bij ons leggen.

Stap 4: grove onthardingswerken

De overige 100 m² wordt door een firma uitgebroken.  

Voor een oppervlakte van zo’n 100 m² betontegels of klinkers varieert de prijs tussen € 5.000 en € 7.500 euro. Onze basisschool heeft niemand in haar netwerk met een firma die doet in grondwerken, dus betaalt ze in onze simulatie € 7.500 euro.

Daarbij moeten er nog extra werfmaterialen worden gerekend: de huur van een kleine graafmachine, rijplaten om de bodem te beschermen, werfhekken … Reken een € 1.150.

Natuurlijk moeten de tegels wel worden afgevoerd met een container en de bodem ook plantklaar worden gemaakt. We schatten hier op een € 500 voor een container onzuiver beton en transportkosten en een € 250 voor de bodemwerken.

Jolien: De ontharding is vaak de grootste kost, reken tussen 40 % en 80 % van het totale budget.

Stap 5: bodembedekkers

Eerst wordt de lege speelplaats terug gevuld met houtsnippers, teelaarde voor een moestuin en een extra zandbak op de tweede speelplaats. 

• Grootte wadi: 10 m²
• Grootte zandbak: 40 m² - wit speelzand: € 350
• Grootte moestuin: 50 m² - teelaarde: € 300
• Grootte houtsnippergedeelte: 100 m² - houtsnippers: € 2.000

De rest wordt ingevuld met bomen, struiken, plantgoed ...
 

Stap 6: plantgoed en speeltuigen

Er schiet nog ruim € 7.000 over om de speelplaats mee te vullen.

Jolien: Je zou het niet verwachten, maar plantgoed is relatief goedkoop. Een speeltuig kost dan weer wel best veel. We gebruiken steeds natuurlijke materialen en proberen zo veel mogelijk te recycleren.

• Compostbak - € 100
• Moestuinbenodigdheden zoals afrastering - € 150
• Wadi extra kosten (uitgegraven bij ontharding) - € 500
• Insectenhotel – € 500
• 4 bomen – € 600
• 4 fruitbomen – € 200
• Wilgenconstructie – € 100
• 20 struiken – € 100
• Speeltuig uit duurzaam Robiniahout - € 2.000
• 8 boomstammen als buitenklas - € 1.200
• Tijdelijke palen en touw - € 1.250
• Gras- en bloemenzaden - € 500
   

Eindberekening

Met de kleine overschot kan er misschien nog één plantje extra bij 😉.

Jolien vat samen: “Elke Groene Oase is natuurlijk een verhaal op maat, maar enkele vuistregels en tips hou je toch best in het achterhoofd:

• De ontharding neemt 40 – 80% van het budget in;
• Hou 10% buffer;
• Plantgoed is niet heel duur, speeltoestellen wel;
• Door met de leerlingen te planten en te ontharden kan je heel wat besparen."

Toch nog vragen? Bekijk de FAQ of contacteer ons.