Ravels
De werkgroep in Ravels start niet in het luchtledige. Het OCMW komt er op school op afspraak in specifieke zorgsituaties, er zijn onderwijscheques ter beschikking voor ouders met een beperkt inkomen (deze worden rechtstreeks in mindering genomen van de schoolfactuur) en de directies van alle basisscholen komen geregeld samen om onder meer gezamenlijke acties te bespreken. Zo is het ‘Charter Kansrijke School’ uit dit overleg gegroeid, om samen met het lokaal bestuur te ijveren voor een sterkere strijd tegen kansarmoede. Op het overleg komt een en ander aan bod: de vorming van een kleuterparticipatiebeleid, bespreking van gemeentelijke initiatieven (zoals gratis laptop voor elk kind, besteding budgetten verkeersveiligheid, busdienst gemeente …), vormgeving van het Trampoline-project, uitwisseling van ideeën rond ouderbetrokkenheid … We spraken met Carine Couwenberg, schepen van Onderwijs, over de verdere plannen voor het Trampoline-project.
Peuterspeelpunt
Een eerste actie is het organiseren van een peuterspeelpunt, dit wordt in onze gemeente de ‘Speelbabbel’ genoemd. Doel van zo’n speelpunt is elkaar ontmoeten, een netwerk opbouwen en speelkansen bieden aan kinderen in een rijke, veilige omgeving.
“Ook in Ravels willen we een peuterspeelpunt opstarten”, zegt Carine. Het thema van ‘warme transities’ ligt hieraan ten grondslag: kinderen die nog nooit bij een crèche of een onthaalmoeder zijn geweest, maken op die manier toch kennis met de schoolse context. We willen op die manier ook verbinding creëren tussen ouders. We hopen dat kwetsbare ouders erop afkomen, om zo contact te leggen met andere ouders. De insteek is wel: een inclusieve benadering, we mikken op àlle ouders.”
Ravels bekijkt de mogelijkheid om een wekelijks ontmoetingsmoment voor ouders te organiseren. Carine: “We bekijken binnen de gemeente nog hoe we daar personeel voor vrij krijgen. Misschien kunnen twee mensen om de beurt het speelpunt bemannen. We moeten het hele financiële plaatje nog bestuderen, om te zien of het financieel te verantwoorden is. We weten immers nog niet hoeveel gezinnen hier gaan op afkomen.”
Ravels is een kleine en uitgestrekte gemeente zonder een uitgesproken kern, met vijf deelwijken: Poppel, Weelde, Weelde-Statie, Ravels en Ravels-Eel. Een peuterspeelpunt lijkt daarom handiger in een stedelijke context met een herkenbare kern met veel inwoners errond. Dit aanpassen aan een meer landelijke context is niet evident. “Die vraag stellen we ons ook”, zegt Carine. “Gaan mensen wel naar een centraal punt komen? Hoe gaan we mensen met vervoersproblemen kunnen bereiken? Is dat niet een hoge drempel? Daarom is het voorlopige idee om er een proefproject van te maken voor de komende zes maanden, om daarna te evalueren hoe het loopt.” Is een mobiel peuterspeelpunt een optie? Carine: “We denken er inderdaad ook aan om het op verplaatsing te organiseren, maar misschien gaat dat onduidelijk worden voor de mensen: ‘waar was het nu ook alweer vandaag?’ Een centrale plek biedt dus het voordeel van de duidelijkheid. We zouden het willen organiseren in de lokalen van de buitenschoolse opvang ‘t Warreltje. Dat geeft al het voordeel van de aanwezigheid van een grote variatie aan speelgoed en aangepaste lokalen. Misschien moeten we eraan denken om in de vakanties ‘op toernee’ te gaan in de deelwijken en zo soms een mobiel peuterspeelpunt mogelijk maken.”
Hoe ziet zo’n peuterspeelpunt er concreet uit? Carine: “We willen werken met diverse hoeken: een bouwhoek, leeshoek, knutselhoek, een variahoek die elke week anders is, enzoverder. Zo kan de overgang naar de kleuterschool toch iets kleiner zijn. Om half elf voorzien we een fruitmomentje, vervolgens kunnen de kindjes weer verder spelen en ontdekken.” Voor de ouders staat er ook een tafel waaraan ze zich rustig kunnen zetten met een kopje koffie of thee. Zo ontstaat de mogelijkheid om in gesprek te gaan met andere ouders, elkaar te ontmoeten.
Het peuterspeelpunt wordt niet gezien als opvang. Het doel is dat ouders samen spelen met hun kind in een andere omgeving, met andere kinderen én andere ouders.
Warme transities
De directies van de 5 basisscholen van alle netten komen om de drie maand samen. Telkens vertelt de Trampoline-werkgroep over de stand van zaken van het project. Op zo’n overleg hebben de directies beslist om rond het thema van warme transities te werken. Er zijn in de scholen al heel wat acties opgezet rond een goed onthaal- en wenbeleid. Maar met Trampoline willen ze nog een stapje verder gaan. Carine: “Zo vroegen we hen of ze aan kleuterleerkrachten ideeën kunnen opvragen hoe de overstap van de onthaalmoeder of thuis naar het kleuteronderwijs nog beter zou kunnen. Daar hebben de kleuterleerkrachten goed op gereageerd. Op het volgende overleg in oktober gaan we met die ideeën aan de slag. Enkele van de ingebrachte ideeën: meer visueel werken met filmpjes of foto’s, een filmpje maken waarbij de instapjuf uitlegt hoe een kleuterdag eruitziet, met veel beelden zodat ook anderstalige ouders goed mee zijn. Er zijn ook ideeën om ouders met hun net ingeschreven kindje iets meer te laten meedraaien in een klasje. Dat betekent een stapje verder gaan dan ‘eens komen kijken voor een half uurtje’, bijvoorbeeld van de ochtend tot aan de eerste speeltijd.”
“Met de directies willen we graag aan een algemeen kader maken”, vervolgt Carine, “een oplijsting van ideeën die alle kleuterleerkrachten zien zitten. We denken aan een soort engagementsverklaring in bijvoorbeeld een officieel document. Het zou fijn om te kunnen stellen: wij, basisscholen van Ravels, willen minimaal dit kader uitvoeren om kinderen warm te laten instromen in het kleuteronderwijs.”
Elke school zal uiteraard vrij kunnen beslissen om dit concreet uit te werken of er originele acties bij te bedenken. “Vanuit de gemeente denken we aan een aftelkalender voor de kinderen”, zegt Carine, “waarbij kinderen blaadjes kunnen aftrekken tot aan de eerste schooldag. Zo’n blaadje kan dan ook informatie bevatten zoals over het toiletbezoek.”
Een ander idee is ‘jobschaduwen’ zodat beginnende kleuterjuffen een paar uurtjes kunnen meedraaien in een crèche. En omgekeerd, dat nieuwe kinderbegeleiders een half dagje in een kleuterschool. “Dat moeten we goed organiseren”, zegt Carine. “Een hele of halve dag even in een kleuterschool aanwezig zijn, is bijvoorbeeld voor onthaalmoeders niet evident, want die hebben dan geen inkomen. Maar we willen inzetten op ‘beleving’, want we weten dat die indrukken beter blijven hangen.”
Anderstalige ouders
Tot slot wil de Trampoline-werkgroep inzetten op acties die de communicatie met anderstalige ouders kan verbeteren. Carine: “Daar denken we al langer over na. Er is een gebrek aan tolken, we zien dat het niet makkelijk is om deze groep ouders naar school te krijgen ...” Voor deze actie is Lieve Lenaerts, expert van het Turnhoutse HIVSET, aangesproken. Die zal het komende schooljaar vier sessies verzorgen over deze thematiek. “We mikken niet alleen op het schoolpersoneel om deze sessies te volgen. We denken ook aan andere diensten, zoals de buitenschoolse opvang, Kind en Gezin, sport- en vrijetijdsinitiatieven...